Dit project gaat over mediawijsheid: hoe ga je goed om met informatie van internet en andere nieuwsbronnen? De leerlingen onderzoeken wat nieuws is en volgen één nieuwsonderwerp gedurende een aantal dagen. Ook leren ze over persvrijheid en over wat digitale media kunnen doen met data. Daarna maken ze zelf nieuws door een vlog te produceren, gebracht vanuit hun eigen beleving. In de laatste opdracht ligt de aandacht bij nepnieuws: Hoe weet je of iets op internet echt is? De leerlingen maken eerst kennis met kunstenaars die de werkelijkheid naar hun hand zetten. Daarna ontdekken ze hoe ook media het nieuws manipuleren. De spannende slotopdracht is om zelf nepnieuws te maken en te kijken hoe hier via sociale media op gereageerd wordt.
Welkom! Je gaat in de klas werken met het lesmateriaal van Cultuuronderwijs op zijn Haags. Voor je aan de slag gaat leggen we je uit hoe je dit project tot een succes kunt maken.
Samen ontdekken Onze cultuurlessen zijn gebaseerd op de didactiek van procesmatig werken, de leerlingen doorlopen hierbij een creatief proces. Zij worden zich bewuster van zichzelf, hun omgeving en ontdekken op een speelse manier hun creatieve vermogen. Met als kern dat je als leerkracht samen met de leerlingen beleeft, beschouwt, verbeeldt, bedenkt en maakt.
Houdingsdoelen Bij de introductie, oriëntatie en opdrachten worden kennisdoelen en vaardigheidsdoelen benoemd. Onderstaande houdingsdoelen gelden in het algemeen:
De leerling toont zich nieuwsgierig en proactief.
De leerling kan positief-kritisch reflecteren op eigen werk en op dat van anderen.
Overleg en deel je plannen met de icc’er of je cultuurcoach.
Wij adviseren je het hele project van tevoren door te lezen om je goed voor te bereiden en de mogelijkheden te ontdekken die het project biedt.
Je kunt het lesmateriaal ook downloaden en printen. Gebruik het smartboard voor het beeldmateriaal.
Als richtlijn adviseren wij voor het doorlopen van het creatief proces in het hele project, zes tot acht lesmomenten in te plannen. Alle projecten hebben een introductie, oriëntatie en drie opdrachten. Je kunt ervoor kiezen het lesmateriaal aan te passen naar eigen wensen.
Iedere opdracht heeft dezelfde opbouw: onderzoeken, uitvoeren en presenteren. De reflectievragen kunnen tijdens en na iedere fase van het creatief proces met de individuele leerling of de hele groep besproken worden.
Nodig eens een Kunstenaar in de klas uit. Die kan levendig en beeldend over het beroep vertellen dat past bij dit project. Het gerelateerde aanbod bij dit project vind je op onze site.
Een bezoek aan een voorstelling, tentoonstelling of vaste collectie in een Haagse culturele instelling is ook van grote meerwaarde. Zie VONK voor het actuele aanbod.
Bedenk ook van tevoren bij welke onderdelen je ouders kunt of wilt inschakelen. Het project gaat meer leven als er ook buiten de klas aandacht voor is.
Maak foto’s of filmpjes van de diverse presentatiemomenten en deel deze via de schoolwebsite, klassenapp of andere kanalen.
Project specifieke informatie
Over dit project In het project Het ideale nieuws staat mediawijsheid centraal. Is het zo dat alle informatie op internet en social media klopt? Hoe kan je zien dat informatie is gemanipuleerd? Diverse mogelijkheden van het verstrekken van informatie wordt onderzocht o.a. de mogelijkheden van fotoshoppen te bekijken, een bezoekje te brengen aan de nieuwsredactie van omroep West, om zo antwoord te kunnen geven op de vraag wat nou eigenlijk nieuws is? Welke media zijn er tot onze beschikking? Hoe breng je iets onder de aandacht en hoe werkt dat het best? Op al deze vragen wordt in dit project aandacht besteed. Bovendien gaan de leerlingen zelf aan de slag met het maken van nieuwsitems op verschillende manieren en over verschillende onderwerpen. Alle het gemaakt werk wordt gedeeld via facebook of een andere social media pagina.
Doelen Er worden twee hoofddoelen geformuleerd die specifiek zijn voor het hele project. De doelen zijn op het gebied van kennis en vaardigheden. Aan het eind van het project worden deze doelen met behulp van de succescriteria geëvalueerd op het gebied van zelfregulering: de leerling kijkt terug en blikt vooruit.
Reflecteren De reflectievragen bij de verschillende fases van het creatief proces kunnen tijdens en na iedere fase met de individuele leerling of de hele groep besproken worden. Zie ook de hand-out: Rollen van de leerkracht.
Algemene benodigdheden aak gedurende het hele project gebruik van de volgende ruimtes en materialen:
klaslokaal of speellokaal
muziekinstallatie en/of digibord
digitaal foto- en filmtoestel
(kleuren)printer
postervellen en stiften voor de leerkracht om aantekeningen op te maken tijdens gesprekken in de klas
tablets en/of computers met toegang tot internet voor de leerlingen om op te werken
Begrippenlijst Nederlandse taal
Vaktaal
Algemene woorden
Werkwoorden
het nepnieuws de beeldmanipulatie de infographic de media-uitingen het medium de NOS de persvrijheid de vlog de redactie de productie de mediawijsheid viral likes Facebook
objectief subjectief de data het effect de consequentie de structuur acceptabel
De leerling legt uit hoe je nieuwsberichten uit verschillende media kritisch kunt bekijken.
Hoofddoel vaardigheid
De leerling ervaart hoe een onderwerp via de media op verschillende manieren onder de aandacht gebracht kan worden.
Benodigdheden
geen extra materialen nodig naast de algemene benodigdheden
Aan de slag in de klas
Bekijk en bespreek de volgende voorbeelden over het verspreiden van nepnieuws en/ of beeldmanipulatie:
Vijf weken lang deelde Zilla van den Born kiekjes vanuit tropische Aziatische oorden op Facebook. Wat haar vrienden en familie niet doorhadden was dat de grafisch ontwerpster gewoon thuis in Amsterdam zat. Voor haar afstudeerproject werkte Zilla aan het boek 'Sjezus zeg, Zilla', waarin ze in beelden laat zien hoe eenvoudig de werkelijkheid te manipuleren is: Amsterdame misleidt vrienden met tropische schijnreis.
U kunt de discussie hierover laten verder gaan in de klassen Whatsapp groep. Modereer waar nodig het commentaar en bespreek het ter afsluiting.
Bij Omroep West is het mogelijk een kijkje achter de schermen te nemen. Neem contact op voor een afspraak.
3. Oriëntatie
Benodigdheden
geen extra materialen nodig naast de algemene benodigdheden.
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste oriëntatie-onderdelen: het filosofisch gesprek en het uitvoeren van de eerste opdracht.
Het filosofisch gesprek Voer naar aanleiding van de introductie een filosofisch gesprek. Stel hierbij (een aantal van) onderstaande vragen:
Wanneer is iets nieuws, en wanneer is iets geen nieuws?
Wanneer is iets ‘echt’? Of: wat is echt?
Is er verschil tussen belangrijk of onbelangrijk nieuws?
Kan nieuws onbelangrijk zijn?
Wat is belangrijk?
Wordt iets belangrijker als het ‘groot nieuws’ is?
Wordt je beïnvloed door nieuws?
Wanneer weet je of het echt is wat je ziet?
Kan iets echter dan echt zijn?
Waarom zouden mensen dingen mooier willen maken dan ze eigenlijk zijn?
Als je een schilderij van iemand maakt, is dat dan ook niet een soort photoshoppen?
Ben jij wel eens ‘bedonderd’ door iets wat je ergens had gezien?
Ben je verrast door wat je net allemaal hebt gezien, of wist je dit wel?
Wat zou jij aan jezelf willen photoshoppen?
Doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Zoek een recent nieuwsitem en presenteer dit op het smartboard. Bespreek met de leerlingen van dit item vinden. Vinden ze het belangrijk om te weten? Geef aan waarom u juist voor dit item hebt gekozen. Komt dit overeen met wat de leerlingen vinden? Een voorbeeld van een onderwerp is een item over zwerfafval. Dit zijn vier verschillende manieren om hetzelfde verhaal te vertellen, namelijk dat we ons afval moeten opruimen.
Welke manier van onder aandacht brengen werkt het beste?
Welke is het leukste om naar te kijken?
Bij welke denk je: “Mmm, dat is erg. Wat kan ik er zelf aan doen?”
Laat de leerlingen zelf naar filmpjes en nieuwsitems zoeken over het behandelde onderwerp. Laat ze hun bevindingen plaatsen op Facebook of in de Whatsapp groep.
Succescriterium
Bespreek met de leerlingen de opdracht(en): welke onderwerpen gaan zij onderzoeken de komende les of tijd? Formuleer vanuit het filosofisch gesprek en/of de oriëntatie-opdracht, samen met de leerlingen, een succescriterium waaraan zij werken. Een voorbeeld van een succescriterium bij dit project kan zijn:
De leerling analyseert een nieuwsprogramma, maakt een eigen vlog en nepnieuwsitem en deelt deze op social media.
4. Opdracht: Kijk op het nieuws
Verspreid over een aantal dagen wordt een bepaald nieuwsonderwerp via diverse media bekeken en geanalyseerd op basis van tijdsduur, of het grappig is of serieus, speelt het in op onze emotie. Alle informatie die wordt opgedaan tijdens dit onderzoek wordt vastgelegd in een nieuwsdagboek. Ook wordt er bekeken hoe specifiek het NOS verschillende media gebruikt om zijn nieuws te verspreiden. Maar hoe wordt dat nieuw nou eigenlijk gemaakt? Via filmpjes wordt gekeken naar de ‘achterkant van het nieuws’ en doen de leerlingen kennis op over persvrijheid. In de uitvoerende fase gaan de leerlingen op onderzoek naar wat er gebeurt met persoonlijke data die overal beschikbaar is, bijvoorbeeld in het pushen van reclame. Alle opgedane informatie hierover wordt vastgelegd in schema’s en vervolgens gedeeld via een eigen facebookpagina of via een blog.
Subdoel kennis
De leerling legt uit welke factoren invloed hebben op hoe een nieuwsbericht overkomt, zoals afzender, opbouw en manier van overbrengen.
Subdoel vaardigheid
De leerling zet de resultaten van een eigen analyse van het nieuws om in een infographic.
Benodigdheden
tekenmaterialen
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
Doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Bekijk en bespreek een aantal dagen achter elkaar een nieuwsuitzending. Dat kan het Jeugdjournaal zijn, maar ook het NOS Journaal of RTL Nieuws. Laat de leerlingen analyseren wat ze zien, aan de hand van de volgende aandachtspunten:
Wat is de opening van het nieuws?
Hoe lang duurt elk item?
Hoe is de verdeling binnenlands-/ buitenlands nieuws?
Hoe is de verdeling tussen serieus en grappig nieuws?
Welke items kwamen in de loop van de week terug?
Op welke manieren wordt er over nieuws onder de aandacht gebracht? De nieuwslezer leest, reportage met voice-over, interview, reporter ter plaatse.
In welke krantenrubriek zouden de afzonderlijke nieuwsitems passen?
Kies een aantal nieuwsitems en verdeel deze over een aantal groepjes. Vraag elk groepje een hun item om te analyseren aan de hand van de volgende punten:
Hoe lang duurt het?
Is het binnen- of buitenlands nieuws?
Is het serieus of grappig?
Kwam het in de loop van de dagen nog eens terug?
Hoe werd er over verteld?
In welke krantenrubriek zou het passen?
Laat de leerlingen hun bevindingen noteren in een ‘nieuwsdagboek’.
Laat de leerlingen in hun nieuwsdagboek noteren welk nieuws ze op een dag het belangrijkste vonden en waarom.
NOS en mediakeuze Bekijk en bespreek de verschillende media die de NOS gebruikt:
Kies een aantal nieuwsonderwerpen en bespreek de verschillen en overeenkomsten aan de hand van het gekozen medium.
Invloed media op emotie Bekijk en bespreek het volgende filmpje: In de ban van de bultrug. Welke rol hebben de media gespeeld in het gedrag van mensen met betrekking tot Johannes?
Het in beeld brengen van nieuws Bekijk en bespreek de volgende filmpjes:
Verdeel de klas in groepjes, geef elk groepje een nieuwsitem en laat elk groepje onderzoeken hoe de verschillende nieuwsprogramma’s het item in beeld brengen. Vraag hen hun bevindingen te noteren in hun nieuwsdagboek. Bespreek de bevindingen met elkaar.
Persvrijheid Bekijk en bespreek de volgende filmpjes:
Als je op internet of online bent wordt je gedrag omgezet in data. Steeds vaker wordt deze data ingezet om gepersonaliseerde informatie te verstrekken.
Doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Geef de leerlingen de opdracht de verzamelde ‘data’ uit de onderzoeken, te verwerken in inforgraphics (diagrammen of grafieken). Dit kan met diverse online applicaties maar ook bijvoorbeeld in PowerPoint, Excell of Word (zie ook de toolbox). Er is altijd de mogelijkheid om de leerlingen de infographics te laten tekenen, of op welke manier dan ook zichtbaar te maken, anders dan in woorden.
De uitkomsten worden gepost op de Facebook pagina of blog. Dit kan al door foto’s te maken van de gemaakte diagrammen en die te uploaden.
Maak een keuze uit onderstaande opdrachten:
Bekijk en bekijk samen de infographics op Facebook of het blog. Bespreek wat er te zien is. Laat iedere groepje hun bevindingen kort toelichten.
Elk groepje bedenkt welk sociaal medium het meest geschikt is om de uitkomsten van de presentatie te delen en doet dit.
Reflectie subdoelen
Wat is je belangrijkste bevinding als je de informatie die je hebt gevonden bekijkt?
Reflectie proces
Welke rol zou jij willen spelen bij het maken en brengen van het nieuws?
Bespreek met de leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
In hoeverre is jouw kijk op het nieuws veranderd?
Welke rol zou jij willen spelen bij het maken en brengen van het nieuws?
Heb je door deze opdracht de afgelopen tijd meer op het nieuws gelet? Licht toe.
Is er nog een manier van nieuws brengen die je hebt gemist?
Kunnen de verschillende media bij het brengen van nieuws los van elkaar bestaan of hebben ze elkaar nodig?
Wanneer is nieuws nieuws? Wie bepaalt dat?
Welk medium zal in de toekomst het nieuws brengen?
Welk nieuwsmedium zal in de toekomst verdwijnen?
Op welke andere manieren zal er in de toekomst nog meer nieuws gebracht kunnen worden?
5. Opdracht: Nieuws uit de klas
In deze opdracht wordt gekeken naar het journaal en naar een vlogger die de leerlingen interessant vinden. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen deze twee manieren van informatie brengen? Vervolgens worden in de klas nieuwswaardige onderwerpen verzameld waarbij de leefwereld van de leerlingen centraal staat en niet het wereldnieuws. Tijdens de uitvoerende fase worden een aantal redactie/productieteams die naar aanleiding van de verzamelede nieuwsitems vlogs gaan maken. Om dit zo goed mogelijk te kunnen doen wordt er eerste naar een instructiefilmpje gekeken over het maken van een vlog. DE vlogs worden wederom gedeeld op de eigen facebookpagina (of een andere social media pagina) en wordt er bijgehouden wat de reacties zijn op de vlogs. Alle uitkomsten worden uiteindelijk gepresenteerd aan publiek.
Subdoel kennis
De leerling legt uit wat een vlog is.
Subdoel vaardigheid
De leerling deelt een zelfgemaakte vlog op social media.
Benodigdheden
geen extra materialen nodig naast de algemene benodigdheden.
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
Doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Beluister en bespreek het nummer ‘Als ik de baas zou zijn van het journaal’: door Kinderen voor Kinderen (1984, Kinderen voor Kinderen 5) (meezingversie). Bespreek vervolgens met de leerlingen wat er zou gebeuren als zij de baas zouden zijn van het journaal. Hoe ziet het journaal er dan uit?
Bekijk en bespreek het werk van een aantal vloggers. Deze maken - soms dagelijks - uitzendingen over wat hun bezig houdt. Iedereen kent bijvoorbeeld Enzo Knol wel. Voorbeelden zijn: EnzoKnol PaardenpraatTV Is er sprake van nieuws? Inventariseer welke vloggers gevolgd door de leerlingen en waarom zij deze vloggers volgen. Bekijk een aantal vlogs.
Vergelijk de vlogs met nieuwsitems op het gebied van:
Structuur van de uitzending
De productie
Manier van presenteren
Duur
Wat vind jij geoorloofd in een nieuwsitem maar niet in een vlog? En wat wel in een vlog maar niet in een nieuwsitem?
doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Inventariseer welke onderwerpen die in de klas spelen nieuwswaardig zijn. Deze onderwerpen hoeven geen wereldnieuws te zijn maar juist onderwerpen die de leerlingen bezighouden. Denk aan voetbalwedstrijd winnen, nieuwe jas, beugel gekregen, gebroken ruit, verjaardag, schoolkamp, schooladvies, de nieuwe sneakers van de meester, schooltuintjes, etc.
Verdeel de klas in groepjes van vier. Elk groepje vormt een eigen redactie/ productieteam. Geef elk groepje een aantal onderwerpen te kiezen die zij in hun vlog willen behandelen. Vraag hen om goed na te denken over:
Vorm een klassengeweten, met uit elk groepje een leerling, die bepaalt of een vlog geplaatst kan worden of niet.
Plaats de vlogs op de sociale media pagina. Laat de groepjes indien mogelijk gedurende een langere periode meerdere keren iets vloggen.
Bekijk de reacties op de vlogs en bespreek met elkaar welke reactie jullie daarop willen geven. Inventariseer hoe vaak de foto’s/ vlogs gedeeld zijn en hoe snel.
Maak een keuze uit onderstaande opdrachten:
De vlogs van de leerlingen worden klassikaal bekeken en toegelicht en becommentarieerd.
Vraag ouders/ medeleerlingen / collega-leerkrachten uit andere groepen op de berichten reageren en bekijk en bespreek die reacties gezamenlijk.
Reflectie subdoelen
Hoe kun je jouw aandeel in de vlog terugzien?
Reflectie proces
Waar zou je nog meer over willen vloggen?
Bespreek met de leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
Wat ben je te weten gekomen over de werking van sociale media?
Hoe ging het samenstellen van de vlogs? Wat viel mee en wat viel tegen?
Welke manier van vloggen past het best bij jou, serieus of grappig? Leg uit.
Welke rol in het productieproces ligt jou het best: voor of achter de schermen? Leg uit.
Welk vlog heeft het meeste reacties opgeleverd en hoe komt dat?
Waar zou je nog meer over willen vloggen?
6. Opdracht: Nepnieuws
In deze laatste opdracht ligt de aandacht bij nepnieuws: Hoe weet je of alles op internet echt is? En wat nep is? Er wordt gekeken naar diverse voorbeelden van beeldmanipulatie o.a. in het werk van kunstenaars en naar beeld materiaal waar geen sprake is van beeldmanipulatie. Met deze informatie gaan de leerlingen op onderzoek naar nepnieuws en worden de resultaten van dit onderzoek besproken in de groep. In de uitvoerende fase gaan de leerlingen zelf een nep nieuw item maken, dit kan door te filmen, te fotograferen of zelf door geluidsopnamen te maken. De resultaten worden gedeeld via social media om te bekijken welke reacties het nepnieuws oplevert. Als laatste onderdeel denken de leerlingen na over hoe ze gaan onthullen dat hun items ‘nep’ waren.
Subdoel kennis
De leerling legt uit hoe je nepnieuws en beeldmanipulatie kunt herkennen.
Subdoel vaardigheid
De leerling maakt in een groep zijn eigen nepnieuws-item.
Benodigdheden
tekenmaterialen
digitale camera’s voor de leerlingen om mee te werken
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
Jeff Wall en zijn tentoonstelling in het Stedelijk Museum (‘Tableaux, pictures, photographes’). Zijn enorme foto’s zijn vaak met behulp van een computer samengestelde beelden.
Laat de leerlingen in hun groepje op zoek gaan naar één tot vier voorbeelden van beeldmanipulatie. Bekijk en bespreek daarna de gevonden voorbeelden in de klas aan de hand van de volgende drie vragen:
wat er gemanipuleerd is;
waarom er gemanipuleerd is;
welke invloed de manipulatie op het beeld heeft.
Doorloop in deze opdracht de volgende stappen:
Bespreek met de klas wat nepnieuws is en inventariseer welke voorbeelden de leerlingen kennen. Voor inspiratie zie: Nepnieuws. Vraag de leerlingen naar het verschil tussen nepnieuws en een 1 aprilgrap. Bespreek met elkaar wat wel en niet acceptabel is (iemand beledigen of kwetsen bijvoorbeeld, of iets schokkends, etc.). Maak een lijst van wat er wordt afgesproken en gebruik dit als checklist bij de volgende opdracht.
Geef de leerlingen de opdracht in hun groepje een nepnieuws-item te bedenken en te maken. Dat kan een nieuwtje uit de klas zijn, maar ook een reactie op iets uit het wereldnieuws. Ze kunnen aan de slag met teksten, foto’s, audio en/ of film. Geef hen de volgende tips:
Maak een goede werkverdeling;
Houd je aan de gemaakte afspraken;
Verzin utopisch nepnieuws; het moet kunnen, maar eigenlijk pas in de toekomst;
Bekijk in welk medium jullie inhoud het beste tot zijn recht komt;
Overdrijf niet, bedenk een ‘kleine leugen’, mensen moeten het kunnen geloven;
Kies een onderwerp uit de klassen- of schoolomgeving;
Zorg ervoor dat jullie met dit nieuwsitem zoveel mogelijk online reacties krijgen;
Op welk moment en op welke manier onthul je dat het om nepnieuws gaat;
Bedenk wat je doet als het viral gaat;
Houd de inhoud van je item geheim.
Zie ook de toolbox voor het maken van films/audio opnames.
Leerlingen zetten hun eindresultaten online op de klassenblog of Facebook pagina. De bedoeling is dat buitenstaanders niet weten of het echt is of niet, om op die manier zoveel mogelijk reacties op de verhalen te verzamelen.
Maak een keuze uit onderstaande opdrachten:
Plaats het nepnieuws op de klassenblog of op de Facebook pagina en verzamel zoveel mogelijk likes en reacties van buitenstaanders.
Bespreek met de klas op welke manier en wanneer jullie onthullen dat het om nepnieuws gaat.
Reflectie subdoelen
Door welke voorbeelden van nepnieuws of beeldmanipulatie hebben jullie je laten inspireren?
Bespreek met de leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
Wanneer is photoshoppen wel en wanneer niet geoorloofd?
Hoe is het om de waarheid te verdraaien?
Wat zou een reden kunnen zijn om nepnieuws te creëren?
Waarin verschilt nepnieuws van een roddel?
Welke invloed heeft het bedenken van nepnieuws op je kijk op het nieuws?
Wat gaan jullie met alle gegevens op de Facebook-pagina of blog doen?
Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen jullie nepnieuws en het nepnieuws van de wereldreis van Zilla van den Born?
Eindreflectie: zelfregulatie terugkijkend
Welke invloed heeft het maken van je eigen vlog en nieuwsitem op jouw kijk op media?
Eindreflectie: zelfregulatie vooruitkijkend
Wat zou er gebeuren als jouw vlog of nepnieuws viral zou gaan?
Verder lezen?
Meld je dan nu aan of log in!
Registreer nu en ontvang gratis toegang tot al onze projecten in de Haagse Ladekast.