Haagse Stadspartij
Kunst en cultuur zijn belangrijke fundamenten voor een vitale samenleving. Zonder cultuur is een stad doods en saai. En geen cultuur zonder subcultuur. Het is onverstandig dat de bezuinigingen op kunst en cultuur vanwege de financiële crisis nooit meer zijn hersteld. Sterker nog, tijdens de coronacrisis zijn kunst en cultuur opnieuw hard getroffen waardoor vooral kunstenaars en makers in de problemen zijn gekomen.
Het leeuwendeel van het budget voor het cultuurplan gaat naar grote instellingen, waar Den Haag als traditionele stad er veel van heeft, maar er is te weinig geld beschikbaar voor de noodzakelijke vernieuwing, versterking en verbreding van de culturele sector. Het cultuurbudget dient mee te groeien met de groei van de stad en ook Fair Pay (eerlijke beloning) van kunstenaars vraagt om extra budget. Ook het budget voor bibliotheken, die als laagdrempelige toegangspoort voor cultuur, persoonlijke ontwikkeling en informatie een belangrijke maatschappelijke rol vervullen, schiet tekort.
• Er moet meer geld bij, het huidige cultuurbudget is volstrekt ontoereikend. In vergelijking met de G4 besteedt Den Haag per inwoner het minste aan cultuur: € 103 per inwoner tegenover € 115 Utrecht), € 143 (Rotterdam) en € 152 (Amsterdam). Om Den Haag op niveau te brengen van de andere grote steden, moet er jaarlijks € 22 miljoen bij.
• Subsidies voor projecten en nieuwe initiatieven zijn schaars en niet voor makers toegankelijk. Een deel van het extra geld moet hiervoor worden ingezet. Ook moeten de drempels lager worden gemaakt door twee-jaarlijkse subsidies te verschaffen, en door een experimenteerregeling in te voeren voor talentontwikkeling en laagdrempelige steun aan projecten met een culturele invalshoek.
• Een deel van het extra geld moet worden ingezet om de budgetten voor amateurkunst en cultuureducatie te verhogen. Elk kind heeft recht op artistieke ontwikkeling.
• Het cultuuraanbod is onvoldoende representatief voor de diversiteit in de stad en dus onvoldoende inclusief. Hier ligt een grote verantwoordelijkheid bij de instellingen voor de invulling van de 4 P’s (Personeel, Publiek, Programmering en Partners). De gemeente moet hier strenger op toezien.
• We blijven de cultuurankers ondersteunen en stimuleren. De Binckhorst verdient als stadswijk in wording een eigen theater.
• Het broedplaatsen- en atelierbeleid, waar Den Haag altijd in uitblonk, stagneert. Gemeentelijk vastgoed moet niet verkocht worden, maar kan ingezet worden voor het broedplaatsenbeleid. De komende jaren moeten er weer nieuwe broedplaatsen bijkomen. Zo kan de Helena aan het Helena van Doeverenplantsoen een permanente broedplaats worden, net als Helicopter in de Beatrijsstraat. De Noodzetel wordt broedplaats voor muziek. Hiervoor is incidenteel extra geld nodig.
• Oprichten van meer experimenteer- en ontmoetingsplekken voor nachtcultuur zoals PIP, het Magazijn, de zogenaamde“broedplaatsen van de nacht.
• De laatste vrijplaats van de stad, De Samenscholing in de Beatrijsstraat, is een belangrijke ontmoetingsplek voor de subcultuur van Den Haag en moet behouden blijven.
• Bij de advisering voor het laatste cultuurplan dreigden er grote gaten te vallen in de Haagse culturele infrastructuur. Om dit in de toekomst te voorkomen moet de onafhankelijke adviescommissie, die nu nog om de vier jaar wordt ingesteld voor de beoordeling van subsidieaanvragen, een structurele vorm krijgen.
• De Amerikaanse ambassade moet een permanente culturele invulling krijgen. De nadruk daarbij dient te liggen op hedendaagse moderne kunst.
• Amare moet een huis voor heel Den Haag worden, hier hoort ook een Spuiplein bij waar skaters welkom zijn en met ruimte is voor evenementen en diverse programmering. De exploitatie van Amare is nu financieel gedekt, maar wij vinden dat het Koninklijk Conservatorium in verhouding meer moet gaan bijdragen.
• In de plannen voor Den Haag Zuidwest moet cultuur een belangrijkere rol gaan spelen. Hier moet ook geld voor worden vrijgemaakt.
• Na de succesvolle heropening van wijkbibliotheken Schilderswijk en Bouwlust, moeten nu ook de wijkbibliotheken in Moerwijk en Spoorwijk worden heropend.
• Makers van kleur, die nu massaal de stad verlaten, moeten geholpen worden zodat dit talent binnen onze stad blijft. Dit betekent dat zij zelfstandig én direct aanvragen kunnen indienen ipv via bijv ‘cultuurschakels’ of andere tussenlagen. Geld voor kunst moet vooral ten goede komen aan kunstenaars en makers.
• Het Popdisctrict rond de Grote Markt, Prinsegracht en Paviljoensgracht wordt verder uitgebouwd.
Erfgoed en Monumentenzorg
Den Haag moet zuinig zijn op haar culturele erfgoed. Gemeente- en Rijksmonumenten en
Gemeentelijk en Rijks Beschermd Stadsgezicht moet behouden blijven en onderhouden
worden. En waar mogelijk moeten nieuwe beschermingsvoorstellen worden gedaan. Dit lijken
open deuren, maar de afgelopen vier jaar zijn er weinig gebouwen en gebieden voor
bescherming aangewezen. is er wel veel gesloopt en er is zelfs voorgesteld om het
beschermde stadsgezicht de Dreven te slopen.
• Geen sloop maar behoud van beschermd stadsgezicht de Dreven in Zuidwest.
• Geen sloop maar bescherming van belangrijke post-65-architectuur zoals het Koninklijk Conservatorium en het voormalige ministerie van Sociale Zaken.
• De monumentenlijst wordt herijkt en uitgebreid met tientallen karakteristieke panden die nu nog onbeschermd zijn uit de Post ‘65-periode, de scholenbouw en bijvoorbeeld het industrieel erfgoed in de Binckhorst , zoals de havenkranen en de Escherhal
• Mariahoeve en de Heester-, Bomen, Bloemen- en Vruchtenbuurt worden aangewezen tot beschermd stadsgezicht.
• Leegkomende kerken worden zoveel mogelijk gespaard van sloop en in samenspraak met wijkbewoners wordt gezocht naar herbestemming.
• Renovatie van verouderde schoolgebouwen wordt bevorderd.
• Het Gemeentearchief krijgt uitbreiding van capaciteit in de Noodzetel aan de Schedeldoekshaven.
• We koesteren de geschiedenis die in de bodem ligt opgeslagen, en daarom investeren we in archeologie.
• We vieren jaarlijks de Verjaardag van Den Haag op 6 september.